RvdW 2020/641
Art. 81 lid 1 RO. Personen- en familierecht. IPR. Overbrenging van minderjarige naar Polen door ouder, zonder toestemming van andere ouder. Is de andere ouder naar Pools recht belast met gezag? Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961. Beëindiging gezamenlijk gezag op de voet van art. 1:253n BW? Klemcriterium.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 mei 2020
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, M.J. Kroeze
- Zaaknummer
19/04483
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Gezag en omgang
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:836, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑05‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:174, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑02‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Personen- en familierecht. IPR. Overbrenging van minderjarige naar Polen door ouder, zonder toestemming van andere ouder. Is de andere ouder naar Pools recht belast met gezag? Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961. Beëindiging gezamenlijk gezag op de voet van art. 1:253n BW? Klemcriterium.
Partij(en)
[de vader], wonende te [woonplaats], VERZOEKER tot cassatie, verweerder in het incidenteel cassatieberoep, hierna: de vader, advocaat: F.I. van Dorsser, tegen [de moeder], wonende te [woonplaats], Polen, VERWEERSTER in cassatie, verzoekster in het incidenteel cassatieberoep, hierna: de moeder, advocaat: ...