Einde inhoudsopgave
Besluit Fiscaal Bestuursrecht
§ 19.1 Belastingrente bij erfbelasting (artikel 30g AWR)
Geldend
Geldend vanaf 24-11-2023
- Bronpublicatie:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 31898 (uitgifte: 23-11-2023, regelingnummer: 2023-24452)
- Inwerkingtreding
24-11-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-11-2023, Stcrt. 2023, 31898 (uitgifte: 23-11-2023, regelingnummer: 2023-24452)
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Informatieverplichting
Fiscaal bestuursrecht / Standpuntbepaling
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
Fiscaal bestuursrecht / Bijstand en vertegenwoordiging
Belastingrecht algemeen / Organisatie Belastingdienst
Fiscaal bestuursrecht / Rente
Als een belastingaanslag erfbelasting is vastgesteld overeenkomstig een verzoek of overeenkomstig een ingediende aangifte wordt geen belastingrente in rekening gebracht dan wel wordt de in rekening te brengen rente beperkt (zie artikel 30g, derde en vierde lid, AWR). Bij nalatenschappen waarin zich een onroerende zaak bevindt, kan het voorkomen dat de WOZ-waarde wordt verlaagd nadat de aangifte erfbelasting is ingediend, maar voordat de definitieve aanslag is opgelegd. De inspecteur wijkt dan af van de aangifte. Een redelijke wetstoepassing brengt evenwel met zich dat deze aanpassing voor het berekenen van belastingrente niet als afwijking van de aangifte wordt gezien. Dit betekent dat ook in een dergelijk geval de hiervoor bedoelde beperking van de belastingrente toepassing vindt.