Einde inhoudsopgave
RvdW 2014/1040
Oordeel dat vormverzuimen moeten leiden tot bewijsuitsluiting ontoereikend gemotiveerd.
HR 09-09-2014, ECLI:NL:HR:2014:2650
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
9 september 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, B.C. de Savornin Lohman, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/01427
- Conclusie
A-G mr. G. Knigge
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:2650, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 09‑09‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:1051, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑04‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 06‑06‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 04‑04‑2013
- Wetingang
Essentie
`s Hofs oordeel dat de vormverzuimen bij de pseudokoop en stelselmatige informatie-inwinning moeten worden aangemerkt als een aanzienlijke schending van belangrijke strafvorderlijke voorschriften is ontoereikend gemotiveerd, nu het hof niet kenbaar aandacht heeft besteed aan de in art. 359a lid 2 Sv genoemde factoren en niet heeft aangegeven of, en in welke mate de geschonden voorschriften strekten tot verzekering van het recht van de verdachte op een eerlijk proces, dan wel sprake was van schending van een ander (strafvorderlijk) voorschrift waardoor een zeer ingrijpende inbreuk op een grondrecht van de verdachte tot toepassing van bewijsuitsluiting noopte. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.