Internationale kinderontvoering; ondraaglijke toestand, bewijslast

Documentgegevens:

HR 20-10-2006, ECLI:NL:HR:2006:AY8774

Instantie: Hoge Raad (Civiele kamer)
Datum: 20 oktober 2006
Zaaknummer: R06/096HR
LJN: AY8774
Vakgebied(en): Personen- en familierecht / Gezag en omgang
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Brondocumenten: ECLI:NL:PHR:2006:AY8774, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑10‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AY8774, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 20‑10‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑07‑2006
Wetingang: Art. 3 Haags Kinderontvoeringsverdrag 1980; art. 13 lid 1 sub b Haags Kinderontvoeringsverdrag 1980

Essentie

Samenvatting

Casus

Uit de relatie van partijen is in 2002 een kind geboren. Zij is op 12 juli 2002 door de vader erkend. Partijen zijn op 19 januari 2003 in de Verenigde Staten gehuwd. In november 2003 zijn zij naar Hawaï verhuisd. Op 24 januari 2004 heeft de moeder met het kind de echtelijke woning verlaten. Op 8 juni 2005 is tussen partijen echtscheiding uitgesproken. Partijen zijn met het gezamenlijk gezag over het kind bekleed. De rechter heeft hen verboden het kind zonder zijn toestemming buiten Hawaï te brengen. De moeder heeft toestemming gekregen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.