Bindend advies
Einde inhoudsopgave
Bindend advies (O&R nr. 74) 2012/5.4.4.4:5.4.4.4 Deskundigenadvies op verzoek van partijen
Bindend advies (O&R nr. 74) 2012/5.4.4.4
5.4.4.4 Deskundigenadvies op verzoek van partijen
Documentgegevens:
Pauline Elisabeth Ernste, datum 01-07-2012
- Datum
01-07-2012
- Auteur
Pauline Elisabeth Ernste
- JCDI
JCDI:ADS360726:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Alternatieve geschillenbeslechting
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
In de reglementen van de geschillencommissies voor consumentenzaken is bepaald dat de geschillencommissie partijen kan toestaan deskundigen mee te brengen naar de mondelinge behandeling waar de deskundigen ten overstaan van de geschillencommissie kunnen worden gehoord. Denkbaar is dat partijen een dergelijk verzoek ook doen in geval van ad hoc bindend advies, wanneer dit kan bijdragen aan het bewijs of de ontkrachting van de door de wederpartij gestelde feiten. De bindend adviseur zal het verzoek tot het horen van een partij-deskundige, evenals bij een verzoek van partijen tot het horen van getuigen (§ 5.3.3.2), aan de hand van het beginsel van hoor en wederhoor dienen te beoordelen. Met het horen van de partij-deskundige kan de partij bijvoorbeeld haar standpunt nader onderbouwen, het verweer van de wederpartij proberen te ontkrachten, een weerwoord geven op het deskundigenadvies van de door de geschillencommissie of ad hoc benoemde bindend adviseur aangewezen deskundige of het weerleggen van het deskundigenadvies van de wederpartij. Hierdoor kan een weigering van het verzoek leiden tot schending van het beginsel van hoor en wederhoor doordat de partij onvoldoende haar standpunt naar voren heeft kunnen brengen. Dit kan consequenties hebben voor het in stand blijven van het bindend advies indien door een partij een vernietigingsprocedure wordt gestart op grond van art. 7:904 lid 1 BW.
Partijen kunnen er ook voor kiezen een schriftelijk rapport over te leggen. Dit kan als productie bij de schriftelijke stukken in het geding worden gebracht. Met het oog op een efficiënt verloop van de bindend-adviesprocedure verdient het aanbeveling dat partijen een deskundigenrapport toevoegen aan de schriftelijke stukken. Op basis van deze rapporten kan een geschillencommissie of een ad hoc benoemde bindend adviseur beslissen of het verzoek tot het horen van de partij-deskundige noodzakelijk is. Dit gebeurt in de praktijk bij arbitrage geregeld.1 In ieder geval zou de partij bij het verzoek tot het horen van de partij-deskundige moeten vermelden wie zij als deskundige wil horen en over welk onderwerp de partij-deskundige kan verklaren. Daarnaast kan het voorafgaand aan de zitting overleggen van een deskundigenrapport bijdragen aan een efficiënter verhoor van de deskundige doordat de bindend adviseur op de zitting gerichter vragen kan stellen, waardoor tijd wordt bespaard.
Wat betreft de invulling van het verhoor van de partij-deskundige geldt dat, evenals bij het getuigenverhoor (§ 5.3.3.5), de bindend adviseur zich bij de invulling van het verhoor moet laten leiden door de beginselen van behoorlijk procesrecht en in het bijzonder het beginsel van hoor en wederhoor.
In geval van een partij-deskundige ontstaat een overeenkomst van opdracht tussen een partij en de deskundige.2 Ook op deze rechtsverhouding zijn de bepalingen van titel 7.7 van toepassing. In dit geval rusten de financiële verplichtingen tot betaling van loon, onkosten- en schadevergoeding (artt. 7:405 en 7:406 BW) op de partij die als opdrachtgever de deskundige heeft ingeschakeld.