Richtlijn 85/374/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake de aansprakelijkheid voor produkten met gebreken
Artikel 7
Geldend
Geldend vanaf 30-07-1985
- Bronpublicatie:
25-07-1985, PbEG 1985, L 210 (uitgifte: 07-08-1985, regelingnummer: 85/374/EG)
- Inwerkingtreding
30-07-1985
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
25-07-1985, PbEG 1985, L 210 (uitgifte: 07-08-1985, regelingnummer: 85/374/EG)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Vervoersrecht / Algemeen
De producent is uit hoofde van deze richtlijn aansprakelijk, tenzij hij bewijst:
- a)
dat hij het produkt niet in het verkeer heeft gebracht;
- b)
dat het, gelet op de omstandigheden, aannemelijk is dat het gebrek dat de schade heeft veroorzaakt, niet bestond op het tijdstip waarop hij het produkt in het verkeer heeft gebracht, dan wel dat dit gebrek later is ontstaan;
- c)
dat het produkt noch voor de verkoop of voor enige andere vorm van verspreiding met een economisch doel van de producent is vervaardigd, noch is vervaardigd of verspreid in het kader van de uitoefening van zijn beroep;
- d)
dat het gebrek een gevolg is van het feit dat het produkt in overeenstemming is met dwingende overheidsvoorschriften;
- e)
dat het op grond van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis op het tijdstip waarop hij het produkt in het verkeer bracht, onmogelijk was het bestaan van het gebrek te ontdekken;
- f)
dat, wat de fabrikant van een onderdeel betreft, het gebrek is te wijten aan het ontwerp van het produkt waarvan het onderdeel een bestanddeel vormt, dan wel aan de instructies die door de fabrikant van het produkt zijn verstrekt.