NJB 2017/727:Aanneming van werk. Een aannemer legt een kelder aan en verricht andere werkzaamheden ter plaatse. De kelder blijkt te lekken. De opdrachtgever vordert schadevergoeding; de aannemer vordert betaling van zijn eindfactuur. Hoge Raad: 1. Tekortkoming. Toerekenbaarheid. Bewijslastverdeling. De aannemer heeft gesteld dat hij op grond van een mededeling mocht aannemen dat de tekeningen voor de kelder waren goedgekeurd. Het hof heeft deze stelling kennelijk als een bevrijdend verweer aangemerkt. Dat geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting. 2. Rechterlijke vrijheid. Volgorde. Het staat de rechter vrij om de geschilpunten te behandelen in de volgorde die hij aangewezen acht. 3. Opschorting. Samenhang. Op degene die zich op opschorting beroept, rusten de stelplicht en bewijslast dat tussen de vorderingen voldoende samenhang bestaat. Het oordeel van het hof dat onvoldoende is toegelicht waaruit de samenhang bestaat, is verweven met waarderingen van feitelijke aard, geeft geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is niet onbegrijpelijk. 4. Verrekening. Eenvoudige vaststelling. Ten tijde van het tussenvonnis was de gegrondheid van het beroep op verrekening niet eenvoudig vast te stellen. Het hof had rekening behoren te houden met de mogelijkheid dat dit ten tijde van het eindvonnis anders zou zijn