De aanmerkelijkbelangregeling in internationaal perspectief
Einde inhoudsopgave
De aanmerkelijkbelangregeling in internationaal perspectief (FM nr. 123) 2007/4.2.3:4.2.3 Alleen staat B is een verdragsstaat
De aanmerkelijkbelangregeling in internationaal perspectief (FM nr. 123) 2007/4.2.3
4.2.3 Alleen staat B is een verdragsstaat
Documentgegevens:
Mr. dr. F.G.F. Peters, datum 01-03-2007
- Datum
01-03-2007
- Auteur
Mr. dr. F.G.F. Peters
- JCDI
JCDI:ADS371063:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Buitenlands belastingplichtige
Inkomstenbelasting (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Heffingsbevoegdheid
Belastingrecht algemeen / Algemeen
Europees belastingrecht / Algemeen
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
Vennootschapsbelasting / Belastingplichtige
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Nu een verdrag met staat C ontbreekt, kan Nederland de reguliere voordelen in de verhouding tot staat C steeds als inkomen uit aanmerkelijk belang belasten (heffing van dividendbelasting is slechts mogelijk bij oprichting van de vennootschap naar Nederlands recht: artikel 1, lid 3, Wet Div.bel. 1965).
Indien het verdrag Nederland-staat B evenwel een bepaling bevat overeenkomstig artikel 10, lid 5, OESO-modelverdrag, en de vennootschap voor de toepassing van dat verdrag (uitsluitend) inwoner is van staat B, mag Nederland het dividend uitgekeerd aan de in staat C wonende aanmerkelijkbelanghouder niet belasten. Artikel 10, lid 5, OESO-modelverdrag beschermt immers ook inwoners van derde landen, ongeacht of dit verdragsstaten zijn, en verbiedt mijns inziens zowel de heffing van dividendbelasting als van inkomstenbelasting.