NJB 2019/2576
Aanvraag opvang terecht afgewezen. Betrokkenen hebben geen problemen om zich te handhaven in de samenleving en moeten in staat worden geacht om zelf voor woonruimte te zorgen. De moeders worden in staat geacht zelf aan hun gezinsleven vorm te geven, waardoor ook de belangen van de kinderen zijn gewaarborgd
CRvB 13-11-2019, ECLI:NL:CRVB:2019:3446
- Instantie
Centrale Raad van Beroep
- Datum
13 november 2019
- Magistraten
Mrs. Tobé, De Vries, Docter
- Zaaknummer
19/1099 WMO15
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Maatschappelijke ondersteuning / Individuele voorzieningen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Bestuursprocesrecht / Algemeen
Internationale sociale zekerheid / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:CRVB:2019:3446, Uitspraak, Centrale Raad van Beroep, 13‑11‑2019
- Wetingang
(art. 1.2.1 aanhef en onder c en art. 2.3.5 lid 4 Wmo 2015, art. 8 EVRM, art. 3 IVRK)
Essentie
Aanvraag opvang terecht afgewezen. Betrokkenen hebben geen problemen om zich te handhaven in de samenleving en moeten in staat worden geacht om zelf voor woonruimte te zorgen. De moeders worden in staat geacht zelf aan hun gezinsleven vorm te geven, waardoor ook de belangen van de kinderen zijn gewaarborgd
Uitspraak
Overwegingen
4.4.
Tussen partijen is niet (meer) in geschil dat appellanten als ingezetenen moeten worden aangemerkt en hun thuissituatie hebben verlaten. In geschil is de vraag of appellante 1 in staat is zich te handhaven in de samenleving. Gelet op de hulpvraag van appellante 1 houdt dat in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.