NJ 2019/170
Arbeidsrecht. Wwz. Billijke vergoeding van art. 7:671c lid 2, onder b, BW; toepasselijkheid gezichtspunten HR 30 juni 2017, NJ 2017/298 (New Hairstyle); motivering.
HR 08-06-2018, ECLI:NL:HR:2018:878, m.nt. E. Verhulp
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 juni 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, G. Snijders, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/02121
- Conclusie
A-G mr. R.H. de Bock
- Noot
E. Verhulp
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS48497:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:878, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑06‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:185, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑02‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑07‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑04‑2017
- Wetingang
Art. 7:671c lid 2 aanhef en onder b BW
Essentie
Arbeidsrecht. Wwz. Billijke vergoeding van art. 7:671c lid 2, onder b, BW; toepasselijkheid gezichtspunten HR 30 juni 2017, NJ 2017/298 (New Hairstyle); motivering.
Samenvatting
De in HR 30 juni 2017, NJ 2017/298 (New Hairstyle) geformuleerde (niet-limitatieve) gezichtspunten voor het bepalen van de billijke vergoeding van art. 7:681 lid 1, aanhef en onder a, BW gelden ook in het geval waarin de billijke vergoeding is gegrond op art. 7:671c lid 2, aanhef en onder b, BW.
De omvang van de toe te kennen billijke vergoeding laat zich naar zijn aard ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.