Uitvoeringswet grondkamers
Einde inhoudsopgave
Uitvoeringswet grondkamers:Artikel 21 [Verzoek art. 7:385 en 399e BW]
Uitvoeringswet grondkamers
Artikel 21 [Verzoek art. 7:385 en 399e BW]
Geldend
Documentgegevens:
Geldend vanaf 01-07-2012
- Bronpublicatie:
29-03-2012, Stb. 2012, 165 (uitgifte: 24-04-2012, kamerstukken: 33166)
- Inwerkingtreding
01-07-2012
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-04-2012, Stb. 2012, 194 (uitgifte: 08-05-2012, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Justitie
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht / Pachtrecht
Ruimtelijk bestuursrecht / Bijzondere onderwerpen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
De verzoeken, bedoeld in de artikelen 385 en 399e, eerste lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, worden gedaan bij een verzoekschrift, dat bij de grondkamer wordt ingediend.
2.
Het verzoekschrift vermeldt de naam, de voornamen en de woonplaats van de verzoeker, voorts de gronden, waarop het verzoek steunt en de gevraagde beslissing.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.