Einde inhoudsopgave
Sturen met proceskosten (BPP nr. XII) 2011/9.4.1
9.4.1 Aardigheidscultuur
mr. P. Sluijter, datum 31-10-2011
- Datum
31-10-2011
- Auteur
mr. P. Sluijter
- JCDI
JCDI:ADS594411:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Voetnoten
Voetnoten
Eshuis 2007, p. 51-52; Van der Wiel 2004, p. 350, die daarin Luhmann (1989) aanhaalt; Verkijk 2010, p. 543 en 611-612, en daarin genoemde bronnen.
Eshuis 2007, p. 288.
Dit effect is ook geobserveerd in Engeland bij de summary assessment, zie Jackson 2009, p. 531. Zie ook de beschrijving door Wefers Bettink & Hoefnagel 2010 van het 'Haagse model':de rechter bekijkt dan de kostenstaten van beide partijen en wijst het laagste bedrag van de twee toe aan de winnaar. Dit omzeilt de aardigheidscultuur.
Johnston & Waldfogel 2002; Barendrecht & Klijn (red.) 2004, p. 33-35.
In veel door mij geraadpleegde bronnen komt de professionele aardigheidscultuur terug als belemmerende factor voor een snel en kostenefficiënt procesverloop. Advocaten zouden elkaar snel uitstel gunnen en terughoudend zijn in het vragen om procedurele consequenties jegens de (advocaat van de) wederpartij.1 Dat laatste komt ook naar voren in de interviews. Eshuis suggereert invoering van een puntensysteem waarmee wordt bijgehouden hoe vaak advocaten de termijnen overschrijden.2 In IE-zaken met werkelijke proceskostenveroordelingen kan het nadelig uitwerken voor een advocaat als die de kostenstaat van de wederpartij al te fel betwist, omdat de situatie in een volgende zaak andersom kan zijn.3 De aardigheidscultuur kan dus voor een vertraagde en inefficiënte procesgang zorgen.
Aan de andere kant kan een aardigheidscultuur ook positieve effecten hebben, voornamelijk voor het schikkingklimaat. Advocaten die elkaar vaker tegenkomen schikken sneller.4
De netto-effecten van dit fenomeen zijn moeilijk in te schatten. Zal een advocaat binnen een cultuur van aardigheid eerder verstorend procesgedrag vertonen, omdat hij weet dat zijn confrère niet snel om een consequentie zal verzoeken, ofzal hij zich juist minder snel verstorend opstellen om zijn professionele relatie en reputatie op peil te houden? En verschilt dit per rechtsgebied? Het zou mooi zijn als - bijvoorbeeld in een rechtssociologisch onderzoek - het bestaan, de omvang en eventueel de effecten van de aardigheidscultuur in kaart zouden kunnen worden gebracht.