Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/65/EU betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (herschikking)
Artikel 85 Bevoegdheden van de lidstaten van ontvangst
Geldend
Geldend vanaf 02-07-2014
- Bronpublicatie:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/65/EU)
- Inwerkingtreding
02-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/65/EU)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De lidstaten van ontvangst bepalen dat de bevoegde autoriteit voor statistische doeleinden kan verlangen dat elke beleggingsonderneming die een bijkantoor op hun grondgebied heeft, hun een periodiek rapport over de werkzaamheden van dit bijkantoor zendt.
2.
In het kader van de uitoefening van de krachtens deze richtlijn op hem rustende verantwoordelijkheden bepaalt een lidstaat van ontvangst, voor de in artikel 35, lid 8, bedoelde gevallen, dat de bevoegde autoriteit van bijkantoren van beleggingsondernemingen kan verlangen dat zij haar alle gegevens verstrekken die nodig zijn om toezicht uit te oefenen op de naleving door deze bijkantoren van de door haar vastgestelde normen die op hen van toepassing zijn. Die verplichtingen mogen echter niet strenger zijn dan die welke dezelfde lidstaat aan op zijn grondgebied gevestigde ondernemingen oplegt voor het toezicht op de naleving van diezelfde normen door deze ondernemingen.