Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/399 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode)
Artikel 6 bis Onderdanen van derde landen van wie gegevens in het EES moeten worden ingevoerd
Geldend
Geldend vanaf 29-12-2017
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2018, L 312).
- Bronpublicatie:
30-11-2017, PbEU 2017, L 327 (uitgifte: 09-12-2017, regelingnummer: 2017/2225)
- Inwerkingtreding
29-12-2017
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-11-2017, PbEU 2017, L 327 (uitgifte: 09-12-2017, regelingnummer: 2017/2225)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht / Grensbewaking
1.
Overeenkomstig de artikelen 16, 17, 19 en 20 van Verordening (EU) 2017/2226 worden van de volgende categorieën personen inreis- en uitreisgegevens in het EES ingevoerd:
- a)
onderdanen van derde landen die zijn toegelaten voor een kort verblijf overeenkomstig artikel 6, lid 1 van deze verordening;
- b)
onderdanen van derde landen die familielid zijn van een burger van de Unie, op wie Richtlijn 2004/38/EG van toepassing is en die niet in het bezit zijn van een verblijfskaart op grond van die richtlijn;
- c)
onderdanen van derde landen die:
- i)
familielid zijn van een onderdaan van een derde land die een recht van vrij verkeer geniet dat gelijkwaardig is aan dat van de burgers van de Unie op grond van een overeenkomst tussen de Unie en haar lidstaten, enerzijds, en een derde land, anderzijds, en
- ii)
niet in het bezit zijn van een verblijfskaart krachtens Richtlijn 2004/38/EG of een verblijfsvergunning overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1030/2002.
2.
Gegevens inzake onderdanen van derde landen van wie de inreis voor een kort verblijf is geweigerd overeenkomstig artikel 14 van deze verordening worden in het EES ingevoerd overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EU) 2017/2226.
3.
Gegevens over de volgende categorieën personen worden niet in het EES ingevoerd:
- a)
onderdanen van derde landen die familielid zijn van een burger van de Unie, op wie Richtlijn 2004/38/EG van toepassing is en die in het bezit zijn van een verblijfskaart krachtens die richtlijn, ongeacht of zij die burger vergezellen of zich bij hem voegen;
- b)
onderdanen van derde landen die familielid zijn van een onderdaan van een derde land, ongeacht of zij die onderdaan van een derde land vergezellen of zich bij hem voegen, wanneer:
- i)
die onderdaan van een derde land een recht van vrij verkeer geniet dat gelijkwaardig is aan dat van de burgers van de Unie op grond van een overeenkomst tussen de Unie en haar lidstaten, enerzijds, en een derde land, anderzijds, en
- ii)
die onderdanen van een derde land in het bezit zijn van een verblijfskaart krachtens Richtlijn 2004/38/EG of een verblijfsvergunning overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1030/2002;
- c)
houders van een verblijfsvergunning als bedoeld in artikel 2, punt 16, andere dan die bedoeld onder a) en b) van dit lid;
- d)
houders van een visum voor verblijf van langere duur;
- e)
onderdanen van derde landen die gebruikmaken van hun recht op mobiliteit overeenkomstig Richtlijn 2014/66/EU van het Europees Parlement en de Raad (1) of Richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees Parlement en de Raad (2);
- f)
onderdanen van Andorra, Monaco en San Marino, en houders van een paspoort dat is afgegeven door de Staat Vaticaanstad of de Heilige Stoel;
- g)
personen of categorieën personen die zijn vrijgesteld van grenscontrole of die voor wie bijzondere voorschriften gelden met betrekking tot grenscontroles, met name:
- i)
staatshoofden, regeringsleiders en leden van de nationale regering met vergezellende echtgenoten, en hun officiële delegatie, vorsten en andere vooraanstaande leden van een koninklijke familie, overeenkomstig punt 1 van bijlage VII;
- ii)
piloten en andere bemanningsleden van luchtvaartuigen overeenkomstig punt 2 van bijlage VII;
- iii)
zeelieden overeenkomstig punt 3 van bijlage VII en zeelieden die slechts gedurende het afmeren van hun schip in de binnengevaren haven van een lidstaat verblijven;
- iv)
grensarbeiders overeenkomstig punt 5 van bijlage VII;
- v)
reddingsdiensten, politie, brandweer in noodsituaties en grenswachters overeenkomstig punt 7 van bijlage VII;
- vi)
offshorewerknemers overeenkomstig punt 8 van bijlage VII;
- vii)
bemanningsleden en passagiers van cruiseschepen overeenkomstig de punten 3.2.1, 3.2.2 en 3.2.3 van bijlage VI;
- viii)
personen aan boord van pleziervaartuigen die niet aan grenscontroles worden onderworpen overeenkomstig de punten 3.2.4, 3.2.5 en 3.2.6 van bijlage VI;
- h)
personen die op grond van artikel 5, lid 2, zijn uitgezonderd van de regel dat zij de buitengrenzen uitsluitend via de grensdoorlaatposten en gedurende de vastgestelde openingstijden mogen overschrijden;
- i)
personen die een geldige vergunning voor klein grensverkeer voor hun grensoverschrijding voorleggen overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1931/2006 van het Europees Parlement en de Raad (3);
- j)
bemanningsleden van passagiers- en goederentreinen op internationale verbindingen;
- k)
personen die voor hun grensoverschrijding één van onderstaande documenten voorleggen:
- i)
een geldig doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers dat is afgegeven in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad (4); of
- ii)
een geldig doorreisfaciliteringsdocument dat is afgegeven in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 693/2003, op voorwaarde dat zij hun doorreis per trein maken en niet op het grondgebied van een lidstaat uitstappen.
Voetnoten
Richtlijn 2014/66/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen in het kader van een overplaatsing binnen een onderneming (PB L 157 van 27.5.2014, blz. 1).
Richtlijn (EU) 2016/801 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten (PB L 132 van 21.5.2016, blz. 21).
Verordening (EG) nr. 1931/2006 van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van regels inzake klein grensverkeer aan de landbuitengrenzen van de lidstaten en tot wijziging van de bepalingen van de Schengenuitvoeringsovereenkomst (PB L 405 van 30.12.2006, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 693/2003 van de Raad van 14 april 2003 tot invoering van een specifiek doorreisfaciliteringsdocument (FTD) en een doorreisfaciliteringsdocument voor treinreizigers (FRTD) en tot wijziging van de Gemeenschappelijke Visuminstructie en het Gemeenschappelijk Handboek (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 8).