NJ 1934, p. 1316
HR, 20-04-1934
HR 20-04-1934, ECLI:NL:HR:1934:107
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
20 april 1934
- Magistraten
Mrs. Visser, van den Dries, van Gelein Vitringa, Polak, Servatius
- Zaaknummer
[20041934/NJ_1934,_p._1316]
- Conclusie
van Lier
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS162231:1
- Vakgebied(en)
Archief (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1934:107, Uitspraak, Hoge Raad, 20‑04‑1934
- Wetingang
(Rv art. 339.)
Samenvatting
Termijn van hooger beroep. Op 8 Dec. 1932 kon van het op 8 Sept. 1932 gewezen eindvonnis rechtsgeldig hooger beroep worden aan-geteekend. Ten onrechte heeft de Rechtb. het hooger beroep, op grond dat de termijn zou zijn overschreden, niet-ontv. verklaard. (Zie H. R. 19 Dec. 1919 N. J. 1920, 82 en 1 Nov. 1928 N. J. 1929, 535).
Partij(en)
A. Willemsen, wonende te Amsterdam, eischer tot cassatie van een tusschen partijen gewezen vonnis van de Arr.-Rechtbank te Dordrecht van den 29sten November 1933, advocaat Mr. E. Polak;
tegen:
L. van Trigt, wonende te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.