Einde inhoudsopgave
Wet aansprakelijkheid kernongevallen
Artikel 27
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
30-10-2008, Stb. 2008, 509 (uitgifte: 01-01-2008, kamerstukken: 31119)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-08-2021, Stb. 2021, 421 (uitgifte: 08-09-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Ministerie van Justitie
Ministerie van Buitenlandse Zaken
Ministerie van Economische Zaken
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Milieurecht / Energie
1.
Indien het totaal der vorderingen het bedrag van de aansprakelijkheid van de exploitant uit hoofde van artikel 5 van deze wet, het bedrag genoemd in artikel 3, onder a), van het Verdrag van Brussel of het in artikel 18, eerste lid, van deze wet genoemde bedrag overtreft, zijn op de vorderingen telkens voor zover zij vergoed kunnen worden uit deze bedragen de navolgende regels van toepassing:
- a.
wanneer de vorderingen uitsluitend betreffen schade aan personen, worden zij in evenredigheid gekort;
- b.
wanneer de vorderingen uitsluitend betreffen niet in onderdeel a bedoelde schade, worden zij in evenredigheid gekort;
- c.
wanneer de vorderingen betreffen zowel schade als bedoeld in onderdeel a als schade bedoeld in onderdeel b, wordt twee derde van het betrokken bedrag uitsluitend bestemd voor de voldoening van de vorderingen als bedoeld in onderdeel a, welke vorderingen — zo nodig — in evenredigheid worden gekort, terwijl het overblijvende bestemd zal worden voor de voldoening van de vorderingen als bedoeld in onderdeel b en voor de vorderingen als bedoeld in onderdeel a, voor zover deze nog onvoldaan zouden blijven. Blijft overeenkomstig de vorige zinsnede na voldoening van de vorderingen als bedoeld in onderdeel a een bedrag over, dan zal het overblijvende bestemd worden voor de voldoening als bedoeld in onderdeel b, voor zover deze nog onvoldaan zouden blijven.
2.
Bij de toepassing van artikel 18 bedraagt de vergoeding voor vorderingen ter zake van schade aan personen, die worden ingesteld na een termijn van tien jaren na de datum van het kernongeval, ten minste tien procent van het door de Staat beschikbaar te stellen bedrag.