Einde inhoudsopgave
Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie 2015
Artikel 61
Geldend
Geldend vanaf 31-03-2015
- Bronpublicatie:
22-01-2015, Stcrt. 2015, 2448 (uitgifte: 06-02-2015, regelingnummer: WJZ/15000929)
- Inwerkingtreding
31-03-2015
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-03-2015, Stcrt. 2015, 9096 (uitgifte: 30-03-2015, regelingnummer: WJZ/15024397)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Energie
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
Energierecht (V)
Voor een productie-installatie als bedoeld in het in de eerste kolom van onderstaande tabel genoemde artikel wordt,
- a.
het basisbedrag voor subsidie, bedoeld in artikel 44, eerste lid, van het besluit, voor de productie van hernieuwbare warmte en de gecombineerde opwekking van hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte, vastgesteld op het in de derde kolom van onderstaande tabel genoemde bedrag,
- b.
voor de productie van hernieuwbare warmte, hernieuwbare elektriciteit of de gecombineerde opwekking van hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte het maximaal aantal vollasturen vastgesteld op het in de vierde kolom van onderstaande tabel genoemde aantal uren,
- c.
de basisenergie- of basiselektriciteitsprijs, bedoeld in artikel 45, eerste lid of artikel 12, eerste lid, van het besluit, voor de productie van hernieuwbare warmte, hernieuwbare elektriciteit of de gecombineerde opwekking van hernieuwbare elektriciteit en hernieuwbare warmte, vastgesteld op het in de vijfde kolom van onderstaande tabel genoemde bedrag, en
- d.
De correcties op het basisbedrag voor subsidie voor een productie-installatie als bedoeld in het in de eerste kolom van onderstaande tabel genoemde artikel, worden voor 2015 vastgesteld op:
- –
voor wat betreft de energie- of elektriciteitsprijs, bedoeld in artikel 47, eerste lid, onderdeel a of 14, eerste lid, onderdeel a, van het besluit het in de zesde kolom van onderstaande tabel genoemde bedrag, en
- –
voor wat betreft de correcties, bedoeld in artikel 47, eerste lid, onderdelen b en c of 14, eerste lid, onderdelen b en c, van het besluit op € 0 per kWh.
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 |
---|---|---|---|---|---|
Artikel regeling | Categorie | Basis-bedrag in eur/kWh | Vollasturen | Basisprijs in eur/kWh | Voorlopig correctie-bedrag 2015 in eur/kWh |
RWZI – Thermofiele gisting van secundair slib | 0,061 | 5.729 | 0,028 | 0,034 | |
AWZI/RWZI – thermische drukhydrolyse | 0,095 | 8.000 | 0,036 | 0,043 | |
onderdeel a | Warmte allesvergisting | 0,053 | 7.000 | 0,027 | 0,033 |
onderdeel c | Gecombineerde opwekking allesvergisting | 0,095 | 5.739 | 0,028 | 0,034 |
onderdeel b | Warmte vergisting en covergisting van dierlijke mest | 0,074 | 7.000 | 0,027 | 0,033 |
onderdeel d | Gecombineerde opwekking vergisting en covergisting van dierlijke mest | 0,113 | 5.732 | 0,028 | 0,034 |
onderdeel e | Gecombineerde opwekking vergisting van meer dan 95% dierlijke mest | Vrije categorie | 8.000 | 0,036 | 0,043 |
onderdeel f | Warmte vergisting van meer dan 95% dierlijke mest | 0,106 | 7.000 | 0,027 | 0,033 |
Artikel 36, onderdeel a | Geothermie warmte, diepte ≥ 500 meter | 0,052 | 5.500 | 0,016 | 0,019 |
Artikel 36, onderdeel b | Geothermie warmte, diepte ≥ 3.500 meter | 0,055 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
Geothermie, warmtekracht | 0,098 | 4.158 | 0,019 | 0,024 | |
Zonthermie, apertuuroppervlakte ≥ 100 m2 | 0,137 | 700 | 0,049 | 0,055 | |
Artikel 34, eerste lid onderdeel a | Bestaande capaciteit voor bij- en meestook | 0,108 | 5.839 | 0,036 | 0,043 |
Artikel 34, eerste lid, onderdeel b | Nieuwe capaciteit voor meestook | 0,115 | 7.000 | 0,036 | 0,043 |
Artikel 30, eerste lid, onderdeel a | Ketel op vaste of vloeibare biomassa, > 0,5 en < 5 MWth | 0,051 | 4.000 | 0,027 | 0,033 |
Artikel 30, eerste lid, onderdeel b | Ketel op vaste of vloeibare biomassa, ≥ 5 MWth | 0,043 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
Ketel op vloeibare biomassa | 0,072 | 7.000 | 0,027 | 0,033 | |
Warmte, Industriële stoomproductie uit houtpellets | 0,054 | 7.000 | 0,016 | 0,019 | |
Artikel 42, eerste lid, onderdeel a | Thermische conversie van biomassa, > 10 en ≤ 100 MWe | 0,084 | 7.500 | 0,019 | 0,023 |
Artikel 42, eerste lid, onderdeel b | Thermische conversie van biomassa, ≤ 10 MWe | 0,144 | 4.241 | 0,022 | 0,026 |
artikel 48, eerste lid, onderdeel a | Verlengde levensduur allesvergisting (WKK) | 0,087 | 5.855 | 0,029 | 0,034 |
artikel 48, eerste lid, onderdeel b | Verlengde levensduur vergisting en covergisting van dierlijke mest (WKK) | 0,102 | 5.855 | 0,029 | 0,034 |
Artikel 52, eerste lid, onderdeel a | Verlengde levensduur allesvergisting (warmte) | 0,058 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
Artikel 52, eerste lid, onderdeel b | Verlengde levensduur vergisting en covergisting van dierlijke mest (warmte) | 0,068 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
artikel 44, eerste lid, onderdeel a | Bestaande allesvergisting, uitbreiding warmte | 0,023 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
artikel 44, eerste lid, onderdeel b | Bestaande vergisting en covergisting van dierlijke mest, uitbreiding warmte | 0,030 | 4.000 | 0,000 | 0,000 |
artikel 44, eerste lid, onderdeel c | Bestaande thermische conversie van vaste of vloeibare biomassa, uitbreiding warmte | 0,023 | 7.000 | 0,016 | 0,019 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel a | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW | 0,064 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel b | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW, 1 jaar MEP compensatie | 0,067 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel c | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW, 2 jaar MEP compensatie | 0,069 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel d | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW, 3 jaar MEP compensatie | 0,073 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel e | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW, 4 jaar MEP compensatie | 0,077 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |
artikel 50, eerste lid, onderdeel f | Verlengde levensduur thermische conversie biomassa ≤ 50 MW, 5 jaar MEP compensatie | 0,081 | 4.429 | 0,023 | 0,028 |