AB 2017/91
Onbegrijpelijk oordeel van het gerechtshof dat het getuigenaanbod onvoldoende was gespecificeerd.
HR 16-12-2016, ECLI:NL:HR:2016:2860, m.nt. R. Ortlep
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
16 december 2016
- Magistraten
Mrs. R.J. Koopman, C. Schaap, M.A. Fierstra, Th. Groeneveld, J. Wortel
- Zaaknummer
15/05839
- Noot
R. Ortlep
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925751:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Bestuursprocesrecht / Algemeen
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑12‑2016
ECLI:NL:HR:2016:2860, Uitspraak, Hoge Raad, 16‑12‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:954, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑09‑2016
- Wetingang
Art. 8:63 Awb
Essentie
Onbegrijpelijk oordeel van het gerechtshof dat het getuigenaanbod onvoldoende was gespecificeerd.
Samenvatting
Bij de beoordeling van het middel wordt vooropgesteld dat van een partij die bewijs door getuigen aanbiedt in beginsel mag worden verwacht dat zij voldoende concreet vermeldt op welke van haar stellingen dit bewijsaanbod betrekking heeft en, voor zover mogelijk, wie daarover een verklaring zouden kunnen afleggen. In het algemeen zal echter niet mogen worden verlangd dat daarbij ook wordt vermeld wat daarover door getuigen zal kunnen worden verklaard (zie HR 10 oktober 2014, nr. 13/05775, ECLI:NL:HR:2014:2924, BNB 2014/253).
Uit de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.