Einde inhoudsopgave
Mijnbesluit BES
Artikel 252
Geldend
Geldend vanaf 10-10-2010
- Redactionele toelichting
Tekstplaatsing van de Mijnverordening ter uitvoering der Curaçaosche mijnwet, zoals gewijzigd bij het Aanpassingsbesluit openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (27-09-2010, Stb. 366). Tijdstip iwtr.: 00.00 uur in Bonaire, Sint Eustatius en Saba. 06.00 uur in het Europese deel van Nederland.
- Bronpublicatie:
21-09-2010, Stb. 2010, 445 (uitgifte: 01-10-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
10-10-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-09-2010, Stb. 2010, 389 (uitgifte: 01-01-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Mijnbouw
Goederenrecht / Eigendom, bezit en houderschap
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Van de beteekening bedoeld in het eerste lid van art. 16 en het eerste lid van art 17, tot het verstrijken van den termijn aangegeven in art. 243 of, ingeval een verzoekschrift, als in art. 243 bedoeld, is ingediend tot de beslissing van het Hof aan den houder der vergunning zal zijn medegedeeld (art. 250) of beteekend (art. 251), mogen de opsporingen worden voortgezet en mag de vergunning worden verlengd een en ander behoudens het bepaalde bij de artt. 47, 48, 49 en 142.
2.
De houder der vergunning zal echter van de in het eerste lid van art. 16 en het eerste lid van art. 17 bedoelde beteekening af niet bevoegd zijn de vergunning over te dragen.
Dit verbod houdt op, wanneer op een door den houder der vergunning ingediend verzoekschrift door het Hof is beslist, dat hij aan de in art. 5 der Mijnwet BES gestelde vereischten voldoet.