Einde inhoudsopgave
Besluit heffing van omzetbelasting ter zake van vouchers, waardebonnen en zegels
2.4 Andere kortingsbonnen dan waardebonnen
Geldend
Geldend vanaf 29-08-2019
- Bronpublicatie:
23-08-2019, Stcrt. 2019, 48210 (uitgifte: 28-08-2019, regelingnummer: 2019-17629)
- Inwerkingtreding
29-08-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-08-2019, Stcrt. 2019, 48210 (uitgifte: 28-08-2019, regelingnummer: 2019-17629)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting / Levering van goederen en diensten
Omzetbelasting / Vergoeding
Instrumenten waarvan vooraf vaststaat dat ze hoofdzakelijk recht geven op korting en niet zijn verstrekt bij een levering van een goed of een dienst, zijn niet aan te merken als waardebonnen, maar als kortingsbonnen.1.
De verstrekking van de kortingsbon tegen vergoeding is belast met btw.2.
Het bepalen van de btw-gevolgen bij inwisseling van de kortingsbonnen is afhankelijk van de vraag op welke ondernemer de korting drukt. Dit kan de ondernemer zijn bij wie de consument de kortingsbon inwisselt, maar het kan ook de fabrikant of een centrale instantie zijn bij wie de korting ten laste komt.
Korting drukt op ondernemer bij wie kortingsbon wordt ingewisseld
Als de korting drukt op de ondernemer bij wie de kortingsbon daadwerkelijk wordt ingewisseld, dan wordt de maatstaf van heffing voor de goederen of diensten waarvoor de consument de kortingsbon inwisselt, verminderd met de korting. De kortingsbon wordt behandeld als een direct verrekenbare korting.
Korting drukt op fabrikant of centrale instantie
Het komt voor dat de consument de kortingsbon inwisselt bij een ondernemer die deze ingewisselde kortingsbon weer in kan leveren bij de fabrikant of een centrale instantie tegen uitbetaling van het bedrag van de korting. De korting drukt op de fabrikant of de centrale instantie, doordat deze het bedrag van de korting vergoedt aan de ondernemer die de goederen levert of diensten verricht. De betaling van de fabrikant of de centrale instantie wordt bij de ondernemer die deze betaling ontvangt in de btw-heffing betrokken. Het gevolg hiervan is dat deze ondernemer btw verschuldigd is uit het totaal in verband met deze transactie van het door de consument betaalde bedrag én het door de fabrikant of centrale instantie betaalde bedrag. Het bedrag exclusief btw dat door de fabrikant of centrale instantie is betaald, komt bij de fabrikant of de centrale instantie in mindering op de belaste omzet.3.
Voetnoten
Te denken valt aan een voordeelpas die door een organisatie wordt verkocht om gedurende een zekere periode en binnen een bepaald geografisch gebied, recht op korting te kunnen verkrijgen op de aanschaf van goederen en diensten bij derden.
HvJ EU 12 juni 2014, zaak C-461/12, Granton Advertising, ECLI:EU:C:2014:1745.
HvJ EG 15 oktober 2002, zaak C-427/98, Commissie/Duitsland, ECLI:EU:C:2002:581.