Einde inhoudsopgave
Besluit kwaliteit leefomgeving
Artikel 10.19 (verrekenposten)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
07-12-2020, Stb. 2020, 532 (uitgifte: 22-12-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
In een besluit geldelijke regelingen kunnen verrekenposten worden opgenomen tussen:
- a.
de bij het ruilbesluit betrokken eigenaren onderling; en
- b.
de gezamenlijke eigenaren in het herverkavelingsblok en de individuele eigenaar die is betrokken bij een ruilbesluit.
2.
Verrekenposten zijn in ieder geval:
- a.
de aanwezigheid van opstallen, opstanden en obstakels, waaronder bunkers, hoogspanningsmasten, kabels en leidingen;
- b.
de waarde van gebouwen, werken, beplantingen en houtopstanden;
- c.
de algehele vergoeding in geld voor de inbreng van gronden voor de korting, bedoeld in artikel 12.29, aanhef en onder c of d, van de wet;
- d.
de algehele vergoeding in geld voor de inbreng van kavels met een te kleine oppervlakte;
- e.
de regeling en de opheffing van de beperkte rechten, het recht van huur en de lasten, bedoeld in artikel 12.35, eerste lid, van de wet;
- f.
de afkoop van ruilverkavelings-, herinrichtings-, reconstructie- en landinrichtingsrenten, bedoeld in artikel 12.35, eerste lid, van de wet;
- g.
de vestiging van beperkte rechten, bedoeld in artikel 12.35, tweede lid, van de wet;
- h.
andere dan agrarische waarden;
- i.
het verhaal van kosten in verband met gronden die niet op grond van artikel 25d van het Besluit bodemkwaliteit zijn ingedeeld in de kwaliteitsklasse landbouw/natuur; en
- j.
schadevergoeding wanneer bij de uitvoering van werkzaamheden geen vervangende gronden tijdelijk in gebruik kunnen worden gegeven.