Einde inhoudsopgave
Uitvoeringsregeling zeevisserij
Artikel 144 Overgangsbepalingen
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Bronpublicatie:
02-12-2013, Stcrt. 2013, 34135 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: WJZ/13161483)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
02-12-2013, Stcrt. 2013, 34135 (uitgifte: 10-12-2013, regelingnummer: WJZ/13161483)
- Vakgebied(en)
Natuurbeschermingsrecht / Soortenbescherming
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
1.
Bescheiden die ingevolge de regelingen, bedoeld in artikel 145, zijn verzameld, ingevuld, bewaard en bijgehouden, worden aangemerkt als bescheiden op grond van deze regeling en op grond van de in artikel 1, tweede lid, bedoelde verordeningen.
2.
Voor zover er ter zake nog sprake is van enige bestuursrechtelijke afdoening, met inbegrip van bezwaar- en beroepsprocedures, vindt deze overeenkomstig de regelingen, bedoeld in artikel 145, plaats.
3.
Bestaande aanspraken en verplichtingen bij, op grond of in het kader van de regelingen, bedoeld in artikel 145, blijven in stand.
4.
Een ondernemer die op het tijdstip voor inwerkingtreding van deze regeling recht had op een contingent voor een vissoort op grond van artikel 11, eerste en tweede lid, van de Regeling instandhoudingsmaatregelen zeevisserij, heeft voor 2011 een recht op dat contingent als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van deze regeling.
5.
Een toekenning voor het kalenderjaar van een groepscontingent op grond van artikel 13, eerste lid, van artikel 16, eerste lid, van de Regeling instandhoudingsmaatregelen zeevisserij, geldt als een toekenning van een groepscontingent als bedoeld in artikel 32, eerste lid, van deze regeling.
6.
Een besluit tot aanhouding van een contingent, op grond van artikel 23 van de Regeling instandhoudingsmaatregelen zeevisserij, geldt als een besluit tot aanhouding als bedoeld in artikel 44 van deze regeling.
7.
Een document, uitgereikt voor 2011 op grond van artikel 12, eerste lid, van de Regeling instandhoudingsmaatregelen zeevisserij, wordt voor dat jaar beschouwd als een document als bedoeld in artikel 30, eerste lid, van deze regeling.
8.
Een registratie van het Productschap Vis op grond van artikel 142, tweede lid, zoals dat lid luidde op 31 december 2013, wordt met ingang van 1 januari 2014 aangemerkt als een door de minister genomen registratie op grond van artikel 123, derde lid.