Einde inhoudsopgave
Contractuele samenwerkingsverbanden in de BTW (FM nr. 133) 2009/21.3.4
21.3.4 Participanten bij een overeenkomst tot verdeling van kosten voor gemene rekening en de fiscale eenheid
A.J. van Doesum, datum 01-01-2009
- Datum
01-01-2009
- Auteur
A.J. van Doesum
- JCDI
JCDI:ADS363249:1
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Onbekend (V)
Omzetbelasting / Algemeen
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Omzetbelasting / Aftrek en teruggaaf
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Omzetbelasting / Belastingplichtige en -schuldige
Ondernemingsrecht / Personenvennootschappen
Europees belastingrecht / Algemeen
Voetnoten
Voetnoten
Aan toepassing van het leerstuk komt nog wel betekenis toe, indien slechts een deel van de participanten een fiscale eenheid vormen en een ander deel van de participanten geen onderdeel van die fiscale eenheid zijn. De fiscale eenheid is dan mijns inziens als geheel als één participant aan te merken.
Een kostenverdeelovereenkomst laat onverlet dat de samenwerkende belastingplichtigen mogelijk zodanig met elkaar verweven zijn, dat zij als één belastingplichtige) in de zin van art. 11 Btw-richtlijn (ex art. 4 lid 4 Zesde richtlijn, vgl. art. 7 lid 4 Wet OB) kunnen worden aangemerkt. Wanneer belastingplichtigen op grond van genoemde bepaling als één belastingplichtige zijn aangemerkt, ontvalt daarmee de grond om het leerstuk van kosten voor gemene rekening toe te passen.1 In het verleden is het leerstuk ook wel als alternatief voor de imperfecte fiscale eenheid beschouwd (zie paragrafen 21.2.5 en 21.2.6). Aan kosten voor gemene rekening ligt de veronderstelling ten grondslag dat er twee of meer belastingplichtigen zijn, die niet als één belastingsubject kunnen worden aangemerkt. Op basis van art. 11 Btw-richtlijn (ex art. 4 lid 4 Zesde richtlijn, vgl. art. 7 lid 4 Wet OB worden nauw met elkaar verweven belastingplichtigen juíst aangemerkt als één belastingsubject. Nu handelingen binnen een fiscale eenheid in ieder geval niet als belastbare handelingen voor de heffing van btw zijn aan te merken, is het toepassen van het leerstuk van kosten voor gemene rekening in dergelijke gevallen zinledig.