Einde inhoudsopgave
Invoeringswet Omgevingswet
Artikel 4.80a (aanhoudingsplicht ruimtelijke besluiten artikel 3.3 Wabo zonder een in ontwerp ter inzage gelegd bestemmingsplan of inpassingsplan)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
16-10-2023, Stb. 2023, 376 (uitgifte: 27-10-2023, kamerstukken: 36367)
12-02-2020, Stb. 2020, 172 (uitgifte: 17-06-2020, kamerstukken: 34986)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-12-2023, Stb. 2023, 470 (uitgifte: 15-12-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Justitie en Veiligheid
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Als voor een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a of b, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet een aanhoudingsplicht is ontstaan op grond van artikel 3.3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet nog geen bestemmingsplan of inpassingsplan in ontwerp ter inzage is gelegd, duurt die aanhoudingsplicht totdat:
- a.
voor een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.49, eerste lid: de termijn, bedoeld in het tweede lid van dat artikel, is verstreken,
- b.
voor een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.103, tweede lid: de termijn, bedoeld in artikel 4.14, vierde lid, van de Omgevingswet is verstreken,
- c.
voor een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.103, derde of vierde lid, of 4.104, tweede lid: de termijn, bedoeld in artikel 4.16, vijfde lid, van de Omgevingswet is verstreken,
- d.
voor een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 4.104a, tweede lid: de termijn, bedoeld in de tweede zin van dat artikellid, is verstreken,
- e.
voor een aanwijzing als beschermd stads- of dorpsgezicht: het omgevingsplan dat voorziet in de bescherming van het stads- of dorpsgezicht in werking is getreden.
2.
In de gevallen, bedoeld in het eerste lid, is artikel 4.3 als het gaat om de regeling van de duur van de aanhoudingsplicht in artikel 3.3, tweede lid, aanhef en onder a, en vijfde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en in artikel 8.9, tweede lid, van de Wet luchtvaart niet van toepassing.