BNB 2015/230
Gevoegde zaken X en Van Dijk. Aan Rijnvarende afgegeven E101-verklaring bindt andere lidstaten niet. Handelwijze hoogste nationale rechter bij eerdere prejudiciële vragen door lagere rechter
HvJ EU 09-09-2015, ECLI:EU:C:2015:564, m.nt. P. Kavelaars
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
9 september 2015
- Magistraten
Silva de Lapuerta, Bonichot, Arabadjiev, Da Cruz Vilaça, Lycourgos
- Zaaknummer
C-72/14
C-197/14
- Conclusie
A-G Wahl
- Noot
P. Kavelaars
- JCDI
JCDI:ADS922324:1
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
Europees belastingrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2015:564, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 09‑09‑2015
ECLI:EU:C:2015:319, Conclusie, Hof van Justitie van de Europese Unie, 13‑05‑2015
- Wetingang
Art. 7 lid 2 onderdeel a Verordening 1408/71 inzake sociale zekerheid; Titel III Toepassingsverordening (EEG) 574/72 inzake sociale zekerheid; Rijnvarendenverdrag algemeen; art. 267 VWEU
Essentie
Gevoegde zaken X en Van Dijk. Aan Rijnvarende afgegeven E101-verklaring bindt andere lidstaten niet. Handelwijze hoogste nationale rechter bij eerdere prejudiciële vragen door lagere rechter
Samenvatting
Voortzetting zaken Hof ’s-Hertogenbosch, V-N 2014/12.15 en HR, BNB 2014/127*.
X, een Nederlands onderdaan, werkt op een in Nederland geregistreerd schip waarvoor een Rijnvaartverklaring is afgegeven. X is in dienst bij een in Luxemburg gevestigde onderneming en hij heeft het bevoegde orgaan verzocht om aansluiting bij het Luxemburgse stelsel van sociale zekerheid. Dit verzoek wordt toegewezen en ter zake van zijn werkzaamheden wordt een E101-verklaring ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.