NJ 2016/53
Vervolging na oplegging alcoholslotprogramma? Raadsman krijgt in cassatie alsnog gelegenheid klacht te staven.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 september 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma, V. van den Brink
- Zaaknummer
14/03145
- Conclusie
A-G mr. T.N.B.M. Spronken
- Noot
B.F. Keulen
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS110705:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:2863, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑09‑2015
ECLI:NL:HR:2015:1819, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 07‑07‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 30‑06‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:1033, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑06‑2015
- Wetingang
Essentie
Strafrechtelijke vervolging na oplegging van een alcoholslotprogramma. De HR overweegt cfm. HR 7 juli 2015, ECLI:NL:HR:2015:1807, RvdW 2015/892, waaraan het volgende wordt toegevoegd.
Na het onderhavige arrest moet het voor de advocatuur voldoende duidelijk zijn dat en hoe in gevallen als deze in cassatie met vrucht een beroep kan worden gedaan op niet-ontvankelijkheid van het OM. Daarom zal de HR, alvorens zo’n middel te honoreren, slechts in zaken waarin de cassatieschriftuur is ingekomen vóór dit arrest, alsnog gelegenheid bieden tot staving daarvan door overlegging van bijvoorbeeld het origineel of een gewaarmerkte kopie van ...