RvdW 2018/853
Uitleg begrip ‘echtgenoot’ in de zin van art. 304 Sr; geen belang bij klacht over toereikendheid bewijsvoering.
HR 03-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1053
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 juli 2018
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, A.L.J. van Strien, J.C.A.M. Claassens
- Zaaknummer
16/04183
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1053, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:267, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 27‑03‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑03‑2017
- Wetingang
Art. 304 Sr
Essentie
1. Er kan ook sprake zijn van een ‘echtgenoot’ in de zin van art. 304 aanhef en onder 1° Sr in geval van een buiten Nederland aldaar rechtsgeldig gesloten huwelijk, tenzij blijkt dat dit huwelijk niet voor erkenning in Nederland in aanmerking komt.
2. Uit de bewijsmiddelen kan niet volgen dat sprake is van enig in Nederland dan wel in het buitenland gesloten huwelijk tussen verdachte en het slachtoffer. Nu verdachte ter zitting heeft verklaard dat hij 13,5 jaar getrouwd was met het slachtoffer en zij niet gescheiden waren, zal een nieuwe behandeling van de zaak niet tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.