Einde inhoudsopgave
Gerechtsdeurwaarderswet
Artikel 26 [Stageverplichting]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2016
- Bronpublicatie:
17-02-2016, Stb. 2016, 93 (uitgifte: 07-03-2016, kamerstukken: 34047)
- Inwerkingtreding
01-07-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
29-03-2016, Stb. 2016, 132 (uitgifte: 06-04-2016, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Gerechtsdeurwaarder
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
1.
De artikelen 25, 25b, 25c en 29 zijn van overeenkomstige toepassing bij een stageverplichting in het kader van de in artikel 25, eerste lid, bedoelde opleiding.
2.
Iedere gerechtsdeurwaarder werkt naar vermogen mee aan de in het eerste lid genoemde stageverplichting. Het bestuur van de KBvG kan gerechtsdeurwaarders aanwijzen die de zorg dragen voor een stageplek voor gegadigden, tenzij dit voor de desbetreffende gerechtsdeurwaarder een onredelijke last zou vormen.
3.
Degene die aan een gerechtsdeurwaarder wordt toegevoegd ten behoeve van de stageverplichting in het kader van de in artikel 25, eerste lid, bedoelde opleiding, mag zich kandidaat-gerechtsdeurwaarder noemen en is voor de duur van de toevoeging onderworpen aan het toezicht en tuchtrecht zoals dat voor kandidaat-gerechtsdeurwaarders geldt.