Einde inhoudsopgave
Verzamelbesluit pensioenen
3.7 Aanwijzing regelingen die na door DNB of AFM opgelegde maatregelen of op grond van een rechterlijke uitspraak moeten worden aangepast aan PW of Wvb
Geldend
Geldend vanaf 11-07-2023. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-07-2023
- Bronpublicatie:
27-06-2023, Stcrt. 2023, 18570 (uitgifte: 10-07-2023, regelingnummer: 2023-13641)
- Inwerkingtreding
11-07-2023, terugwerkend tot: 01-07-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-06-2023, Stcrt. 2023, 18570 (uitgifte: 10-07-2023, regelingnummer: 2023-13641)
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Pensioenregeling
Regeling
Bij de invoering van de WTP is aan artikel 19d Wet LB een nieuw onderdeel d toegevoegd waarmee de bestaande aanwijsbevoegdheid wordt uitgebreid. In de Wet LB wordt op verschillende plaatsen verwezen naar bepalingen van de PW en de Wvb. Als een pensioenregeling niet in lijn is met de bepalingen van de PW of de Wvb waarnaar wordt verwezen in de Wet LB, kan dat leiden tot een onzuivere fiscale pensioenregeling. Ik vind dit ongewenst. Als een regeling na door DNB of AFM opgelegde maatregelen of na een rechterlijke uitspraak in overeenstemming moet worden gebracht met de PW, de Wvb of op die wetten gebaseerde bepalingen, kunnen regelingen worden aangewezen om fiscale onzuiverheid te voorkomen.
Aanwijzing
Met toepassing van artikel 19d Wet LB wijs ik onder de volgende voorwaarden de hiervoor bedoelde regelingen aan als pensioenregeling.
Voorwaarde
- 1.
De door DNB of de AFM opgelegde maatregel of door de rechter uitgesproken aanpassing ziet niet op een fiscale bepaling. De fiscale bepalingen kunnen op verzoek vooraf immers worden getoetst door de Belastingdienst. Voor deze fiscale bepalingen kan een beschikking worden verkregen op grond van artikel 19c Wet LB.
- 2.