Einde inhoudsopgave
Besluit vakantie en vrijstelling van dienst ambtenaren BES
Artikel 8b
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
28-11-2019, Stb. 2019, 458 (uitgifte: 11-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
28-11-2019, Stb. 2019, 458 (uitgifte: 11-12-2019, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ambtenarenrecht / Vergoeding
Ambtenarenrecht / Verlof
Ambtenarenrecht / Ziekte
1.
De ambtenaar in dienst van de Staat kan op aanvraag de op grond van artikel 8a gespaarde vakantie-uren opnemen als levensfaseverlof. Levensfaseverlof kan worden gecombineerd met vakantie op grond van artikel 5.
2.
Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid wordt uiterlijk drie maanden voor het ingaan van het voorgenomen verlof ingediend, indien de verlofperiode, met inbegrip van eventuele vakantie op grond van artikel 5, niet meer dan vier weken bedraagt. Indien de verlofperiode langer dan vier weken bedraagt, wordt de aanvraag uiterlijk zes maanden voor het ingaan van het voorgenomen verlof ingediend.
3.
Een aanvraag als bedoeld in het eerste lid wordt toegewezen, tenzij een zwaarwegend dienstbelang van bedrijfsorganisatorische aard zich daartegen verzet.
4.
Levensfaseverlof wordt genoten met behoud van vol inkomen.
5.
Levensfaseverlof kan wegens dringende redenen van dienstbelang geheel of gedeeltelijk door het bevoegd gezag worden ingetrokken. Indien de ambtenaar of zijn gezin ten gevolge van de intrekking schade lijdt, wordt deze schade vergoed.