Einde inhoudsopgave
RvdW 2009, 15
HR, 02-12-2008, nr. 07/11309
HR 02-12-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BF5578
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 december 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, A.J.A. van Dorst, J.P. Balkema
- Zaaknummer
07/11309
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
BF5578
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BF5578, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑12‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BF5578, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑12‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑09‑2007
- Wetingang
Sv art. 588
Essentie
De appelrechter mag bij zijn onderzoek naar geldigheid van de inleidende dagvaarding ook acht slaan op gegevens die eerst na de betekening van die dagvaarding bekend zijn geworden.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 4 augustus 2006, nummer 23/002103-06, in de strafzaak tegen R.P.
Uitspraak
Hoge Raad:
(…)
2. Beoordeling van het middel
2.1
Het middel klaagt dat het Hof ten onrechte de inleidende dagvaarding nietig heeft verklaard, althans dat het die beslissing ontoereikend heeft gemotiveerd.
2.2
Het Hof heeft de inleidende dagvaarding nietig verklaard. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.