Einde inhoudsopgave
RvdW 2008, 634
HR, 03-06-2008, nr. 07/10333 J
HR 03-06-2008, ECLI:NL:HR:2008:BC6907
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
3 juni 2008
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, A.J.A. van Dorst, B.C. de Savornin Lohman, W.A.M. van Schendel, J.W. Ilsink
- Zaaknummer
07/10333 J
- Conclusie
A-G Knigge
- LJN
BC6907
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2008:BC6907, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑06‑2008
ECLI:NL:HR:2008:BC6907, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 03‑06‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑10‑2007
- Wetingang
Sr art. 258; Sv art. 359 lid 2
Essentie
Culpose brandstichting. Gelet op het moment waarop het vuurwerk door verdachte op het balkon van het slachtoffer is gegooid (zeventig tot dertig minuten voorafgaand aan de ontdekking van de brand) en gelet op het verweer dat ook anderen die avond in die buurt vuurwerk hebben afgestoken, had het Hof zijn oordeel dat het enige tijd geduurd heeft voordat de brand zich heeft ontwikkeld tot de omvang die deze bij ontdekking had, nader moeten motiveren.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof te Amsterdam van 14 december 2006, nummer 23/001245-06, in de strafzaak ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.