NJ 2004, 510
Niet gemachtigd raadsman
HR 30-03-2004, ECLI:NL:HR:2004:AO3467
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
30 maart 2004
- Magistraten
Mrs. C.J.G. Bleichrodt, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
01839/03
- Conclusie
A-G Wortel
- LJN
AO3467
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2004:AO3467, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 30‑03‑2004
ECLI:NL:HR:2004:AO3467, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 30‑03‑2004
- Wetingang
Sv art. 279 lid 1; Sv art. 280; EVRM art. 6 lid 3, sub c
Essentie
De verdediging was op de nadere zittingsdag bekend met het arrest van de Hoge Raad met betrekking tot de bevoegdheden van een niet gemachtigd raadsman (NJ 2002, 77), zodat het op haar weg had gelegen om ter zitting om aanhouding te vragen voor het alsnog verkrijgen van de vereiste machtiging teneinde het woord ter verdediging te kunnen voeren. Van een verdachte mag worden verwacht dat hij de in het maatschappelijk verkeer gebruikelijke maatregelen neemt om voor zijn raadsman bereikbaar te blijven.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een bij verstek gewezen arrest ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.