Inhoudsopgave
NJ 2001, 508:Cassatie in belang der wet. Uitleg term ‘zaak’ in art. 591a.1 en 591a.2 Sv.
NJ 2001, 508
Cassatie in belang der wet. Uitleg term ‘zaak’ in art. 591a.1 en 591a.2 Sv.
Documentgegevens:
HR 08-05-2001, ECLI:NL:HR:2001:AB1502
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 mei 2001
- Magistraten
G.G. van Erp Taalman Kip-Nieuwenkamp, F.H. Koster, G.J.M. Corstens, J.P. Balkema, B.C. de Savornin Lohman
- Zaaknummer
03909/00
- Conclusie
A-G Fokkens
- LJN
AB1502
- JCDI
JCDI:ADS145538:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2001:AB1502, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑05‑2001
- Wetingang
Essentie
Cassatie in belang der wet. Hoge Raad blijft bij het in zijn arrest van 14 november 1989, NJ 1990, 274, gegeven oordeel dat de term ‘de zaak’ in art. 591a, eerste en tweede lid, Sv de betekenis heeft van ‘al datgene waarop het rechtsgeding betrekking had’.
Uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie in het belang der wet van de Advocaat-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden tegen een beschikking van het Gerechtshof te 's‑Gravenhage, nr. 078BIJZ98, van 9 juli 1998, gegeven op een verzoek dat is gebaseerd op art. 591a Sv ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.