NJ 2000, 462
Redelijke termijn in WOTS-zaak.
HR 18-04-2000, ECLI:NL:HR:2000:AA5530
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
18 april 2000
- Magistraten
Bleichrodt, Orie, Van Dorst
- Zaaknummer
112908W
- Conclusie
A-G Machielse
- LJN
AA5530
- Vakgebied(en)
Internationaal strafrecht / Overdracht en overname strafvervolging
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Internationaal belastingrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2000:AA5530, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 18‑04‑2000
ECLI:NL:HR:2000:AA5530, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 18‑04‑2000
- Wetingang
EVRM art. 6 lid 1; WOTS art. 31
Essentie
Redelijke termijn is aangevangen met betekening van de vordering ex art. 18 lid 1 WOTS. Tijdsverloop nadien (1,5 jaar) — in die periode is geen sprake geweest van inactiviteit — niet zodanig dat dit behoort te leiden tot niet-ontvankelijkverklaring van de officier van justitie.
Voorgaande uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van de Politierechter in de Arrondissementsrechtbank te Assen van 15 december 1998 omtrent een verzoek van de Minister van Justitie van het Koninkrijk Denemarken tot overname van de tenuitvoerlegging van een rechterlijke beslissing tegen E.B., te Assen, adv. mr. C. Borstlap ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.