Einde inhoudsopgave
Regeling nationale EZK- en LNV-subsidies
Artikel 3.31.7 Afwijzingsgronden
Geldend
Geldend van 14-11-2024 tot 08-11-2029
- Bronpublicatie:
09-11-2024, Stcrt. 2024, 36826 (uitgifte: 13-11-2024, regelingnummer: WJZ/ 89707893)
- Inwerkingtreding
14-11-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-11-2024, Stcrt. 2024, 36826 (uitgifte: 13-11-2024, regelingnummer: WJZ/ 89707893)
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen / Algemeen
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
De minister beslist afwijzend op een aanvraag, indien:
- a.
de aanvrager voornemens is het eigen aandeel in de projectkosten te financieren uit het deel van de aangevraagde subsidie voor subsidiabele kosten, waarvoor het uurtarief, bedoeld in artikel 3.1.1, wordt gehanteerd;
- b.
de kwaliteit van Circular Batteries-project onvoldoende is, blijkend uit de uitwerking van aanpak en methodiek, de omgang met risico's, de uitvoerbaarheid, de deelnemende partijen of de mate waarin de beschikbare middelen effectief en efficiënt worden ingezet;
- c.
de slaagkans van de innovatie in de Nederlandse markt en maatschappij onvoldoende is, waarbij onder de Nederlandse markt en maatschappij ook wordt verstaan de markt en maatschappij van de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba;
- d.
sprake is van activiteiten die vallen onder artikel 25 van de algemene groepsvrijstellingsverordening en er onvoldoende sprake is van vernieuwing, blijkende uit een vernieuwende technologie of een vernieuwende toepassing van een bestaande technologie;
- e.
het plan dat betrekking heeft op de wijze waarop de kennisverspreiding plaatsvindt, van onvoldoende kwaliteit is.