Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/953
IPR goederenrecht. Eigendomsverkrijging roerende zaken (auto’s), art. 10:127 BW (art. 2 Wet conflictenrecht goederenrecht (oud)); lex rei sitae t.t.v. de op eigendomsoverdracht gerichte rechtshandeling; goederenrechtelijke kwalificatie art. 3:110 BW.
HR 16-09-2016, ECLI:NL:HR:2016:2118
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 september 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, C.A. Streefkerk, A.H.T. Heisterkamp, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/03346
- Conclusie
A-G mr. P. Vlas
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Internationaal privaatrecht (V)
Goederenrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2118, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑09‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:475, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑06‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑07‑2015
- Wetingang
Art. 3:110, 10:127 lid 4, lid 5 BW; art. 2 lid 4-5 Wet conflictenrecht goederenrecht (oud)
Essentie
IPR goederenrecht. Eigendomsverkrijging roerende zaken (auto’s), art. 10:127 BW (art. 2 Wet conflictenrecht goederenrecht (oud)); lex rei sitae t.t.v. de op eigendomsoverdracht gerichte rechtshandeling; goederenrechtelijke kwalificatie art. 3:110 BW.
De beantwoording van de vraag in welke hoedanigheid eiser tot cassatie elk van de auto’s heeft verkregen — voor zichzelf dan wel in enigerlei hoedanigheid als houder — en welke gevolgen die hoedanigheid heeft voor de eigendomsverkrijging van elk van die auto’s moet ingevolge art. 10:127 lid 5 in verbinding met lid 4 BW — overeenstemmend met art. 2 lid 5 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.