Einde inhoudsopgave
Wet oorlogsstrafrecht
Artikel 14 [Samenstelling gerechten]
Geldend
Geldend vanaf 05-08-1952
- Bronpublicatie:
10-07-1952, Stb. 1952, 408 (uitgifte: 16-07-1952, kamerstukken: 2258 )
- Inwerkingtreding
05-08-1952
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
10-07-1952, Stb. 1952, 408 (uitgifte: 16-07-1952, kamerstukken: 2258 )
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Defensie
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Bijzondere onderwerpen strafrecht
Bijzonder strafrecht / Militair strafrecht en strafprocesrecht
1.
Het Bijzondere Hooggerechtshof en de bijzondere rechtbanken zijn samengesteld uit een rechtsgeleerde president en zoveel rechtsgeleerde vice-presidenten en rechtsgeleerde en militaire leden als nodig zal blijken.
2.
Bij het Bijzondere Hooggerechtshof zijn een procureur-generaal en zoveel advocaten-generaal, bij de bijzondere rechtbanken een officier van justitie en zoveel substituut-officieren als nodig zullen blijken. Bij ieder college is een griffier en zijn zoveel substituut-griffiers als nodig zal blijken.
3.
Wij kunnen plaatsvervangende rechtsgeleerde en militaire leden benoemen.