Einde inhoudsopgave
Reglement rijbewijzen
Artikel 48 [Omwisseling in het kader van het NAVO-Statusverdrag]
Geldend
Geldend vanaf 01-08-2021
- Bronpublicatie:
14-07-2021, Stb. 2021, 364 (uitgifte: 20-07-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-2021
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-07-2021, Stb. 2021, 364 (uitgifte: 20-07-2021, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Rijbevoegdheid
1.
Indien de aanvraag betrekking heeft op de afgifte van een rijbewijs voor een andere categorie dan de categorie T tegen overlegging van een rijbewijs, door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland afgegeven aan een in het kader van het op 19 juni 1951 te Londen gesloten Verdrag tussen de Staten die partij zijn bij het Noord-Atlantisch Verdrag, nopens de rechtspositie van hun krijgsmachten, in Nederland gelegerd lid van een krijgsmacht, een lid van de tot die krijgsmacht behorende civiele dienst of een persoon die behoort tot het gezin van een lid van een krijgsmacht als hiervoor bedoeld of tot het gezin van een tot de civiele dienst van zodanige krijgsmacht behorende persoon, dient bij de aanvraag aan de volgende vereisten te worden voldaan:
- a.
behoudens de in artikel 33 genoemde bescheiden wordt tevens het door dat gezag afgegeven rijbewijs overgelegd;
- b.
indien het overgelegde rijbewijs is afgegeven door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland, anders dan in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, is in het rijbewijzenregister ten behoeve van de aanvrager een verklaring van geschiktheid geregistreerd voor iedere rijbewijscategorie waarop de aanvraag betrekking heeft, waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen, met uitzondering van de rijbewijscategorie AM;
- c.
indien het overgelegde rijbewijs is afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, is in het rijbewijzenregister ten behoeve van de aanvrager een verklaring van geschiktheid geregistreerd voor iedere rijbewijscategorie waarop de aanvraag betrekking heeft, waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen, met uitzondering van de rijbewijscategorie AM, indien
- I.
de aanvraag mede betrekking heeft op een der rijbewijscategorieën C, C1, D, D1, E bij C, E bij C1, E bij D of E bij D1,
- II.
het overgelegde rijbewijs is afgegeven voor een kortere geldigheidsduur dan de in de staat van afgifte gebruikelijke termijn van geldigheid;
- III.
het overgelegde rijbewijs beperkende aantekeningen bevat die niet zijn aangeduid met de geharmoniseerde codes van de Europese Unie.
2.
Indien het overgelegde rijbewijs is afgegeven door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland, anders dan in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dient het op het moment van de aanvraag nog geldig te zijn. Indien het overgelegde rijbewijs is afgegeven door het daartoe bevoegde gezag in een andere lidstaat van de Europese Unie of in een andere staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte of Zwitserland, dient het op het moment van de aanvraag hetzij nog geldig te zijn hetzij, indien het zijn geldigheid heeft verloren door het verstrijken van de geldigheidsduur, vergezeld te gaan van een door het gezag dat het rijbewijs heeft afgegeven gewaarmerkte verklaring waaruit blijkt dat door dat gezag tegen de aanvrager geen maatregelen van bestuursrechtelijke of strafrechtelijke aard betreffende de beperking, schorsing, intrekking of nietigverklaring van de rijbevoegdheid zijn getroffen en dat bij dat gezag ook overigens geen bezwaar tegen afgifte van een rijbewijs bestaat.
3.
Indien de aanvraag betrekking heeft op een rijbewijs waarop een getuigschrift van vakbekwaamheid of een getuigschrift van nascholing wordt vermeld, dient, behoudens aan de in het eerste en tweede lid genoemde vereisten, bij de aanvraag aan de volgende vereisten te worden voldaan:
- a.
de aanvrager overlegt een geldige kwalificatiekaart bestuurder;
- b.
het door de aanvrager over te leggen rijbewijs is door de bevoegde autoriteit van een lidstaat van de Europese Unie overeenkomstig de richtlijn vakbekwaamheid bestuurders voorzien van een geldige in die richtlijn bedoelde Uniecode; of
- c.
ten behoeve van de aanvrager is in het rijbewijzenregister een verklaring van vakbekwaamheid of een verklaring van nascholing geregistreerd, waarbij de datum van registratie niet langer dan vijf jaren vóór de aanvraag mag liggen.
4.
Indien de kwalificatiekaart bestuurder wegens vermissing of diefstal niet kan worden overgelegd, is artikel 44, zesde lid, van overeenkomstige toepassing.
5.
Indien het in het derde lid, onder b, genoemde document wegens vermissing of diefstal niet kan worden overgelegd, is artikel 45, vierde en negende lid, van overeenkomstige toepassing.