Einde inhoudsopgave
RvdW 2021/324
Art. 81 lid 1 RO. Huurrecht. Huur bedrijfsruimte. Beëindiging door verhuurder. Dringend persoonlijk gebruik; art. 7:296 BW.
HR 12-03-2021, ECLI:NL:HR:2021:372
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
12 maart 2021
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
19/05576
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Huurrecht / Huurbeleid
Huurrecht / Huur van bedrijfsruimte
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:372, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 12‑03‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:1175, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑12‑2020
Essentie
Art. 81 lid 1 RO. Huurrecht. Huur bedrijfsruimte. Beëindiging door verhuurder. Dringend persoonlijk gebruik; art. 7:296 BW.
Partij(en)
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN CIVIELE KAMER
Nummer 19/05576
Datum 12 maart 2021
ARREST
In de zaak van
1. [eiser 1],wonende te [woonplaats],
2. MISTY B.V.,gevestigd te Rotterdam, EISERS tot cassatie, hierna gezamenlijk: [eisers], advocaat: J.H.M. van Swaaij,
tegen
BRAM LADAGE EXPLOITATIE B.V.,gevestigd te Rotterdam, VERWEERSTER in cassatie, hierna: Ladage Exploitatie, advocaat: R.T. Wiegerink.
Conclusie
Conclusie A-G mr. G.R.B. van Peursem:
In deze zaak vordert Ladage Exploitatie beëindiging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.