Einde inhoudsopgave
RvdW 2011/1377
Strafvervolging wegens lasterlijke aanklacht. Buiten gebouw van Parlement afgelegde verklaringen. Begrip ‘in uitoefening van ambt uitgebrachte mening’. Immuniteit.
HvJ EU 06-09-2011, ECLI:EU:C:2011:543 (Aldo Patriciello)
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Unie
- Datum
6 september 2011
- Magistraten
V. Skouris, A. Tizzano, J.N. Cunha Rodrigues, K. Lenaerts, J.-C. Bonichot, J.-J. Kasel, G. Arestis, A. Borg Barthet, M. Ilešič, J. Malenovský, A. Ó Caoimh, C. Toader, M. Safjan
- Zaaknummer
C-163/10
- Conclusie
A-G N. Jääskinen
- LJN
BT6140
- Roepnaam
Aldo Patriciello
- Vakgebied(en)
EU-recht / Rechtsbescherming
EU-recht (V)
Internationaal strafrecht / Europees strafrecht en strafprocesrecht
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2011:543, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Unie, 06‑09‑2011
- Wetingang
Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de EU
Essentie
strafzaak tegen Aldo Patriciello
Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Tribunale di Isernia (Italië) bij beslissing van 9 maart 2010.
Strafvervolging wegens lasterlijke aanklacht. Buiten gebouw van Parlement afgelegde verklaringen. Begrip ‘in uitoefening van ambt uitgebrachte mening’. Immuniteit.
Artikel 8 van het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Unie, gevoegd bij het VEU, het VWEU en het Euratom Verdrag, moet aldus worden uitgelegd dat een door een Europees afgevaardigde buiten het Europees Parlement afgelegde verklaring die in zijn lidstaat van herkomst heeft geleid tot strafvervolging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.