Einde inhoudsopgave
Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren
Artikel 46h [Ontslag op eigen verzoek]
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2010
- Bronpublicatie:
11-12-2008, Stb. 2009, 8 (uitgifte: 01-01-2009, kamerstukken: 31227)
- Inwerkingtreding
01-07-2010
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-06-2010, Stb. 2010, 225 (uitgifte: 22-06-2010, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Ambtenarenrecht / Bijzondere onderwerpen
Staatsrecht / Rechtspraak
1.
De rechterlijk ambtenaar wordt op eigen verzoek bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister ontslagen.
2.
Ontslag als bedoeld in het eerste lid wordt verleend met ingang van een dag niet vroeger dan een maand of later dan drie maanden na de dag waarop het verzoek om ontslag is ontvangen. Van het bepaalde in de vorige volzin kan worden afgeweken indien de rechterlijk ambtenaar hierom verzoekt.
3.
Met ingang van de eerste dag van de maand volgende op die waarin de rechterlijk ambtenaar de leeftijd van zeventig jaren heeft bereikt, wordt hij bij koninklijk besluit op voordracht van Onze Minister ontslagen.