Einde inhoudsopgave
RvdW 2017/134
Beklag, beslag ex art. 94a Sv. Falende klachten over: onjuiste maatstaftoepassing, onbegrijpelijke vaststelling.
HR 10-01-2017, ECLI:NL:HR:2017:30
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
10 januari 2017
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, A.L.J. van Strien
- Zaaknummer
16/02114
- Conclusie
A-G mr. W.H. Vellinga
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Rechtsmiddelen
Strafprocesrecht / Voorfase
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:30, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 10‑01‑2017
ECLI:NL:PHR:2016:1318, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑10‑2016
Essentie
Beklag, beslag ex art. 94a Sv. Falende klachten over: onjuiste maatstaftoepassing, onbegrijpelijke vaststelling.
Partij(en)
Beschikking op het beroep in cassatie tegen een beschikking van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, van 28 januari 2016, nummer RK 14/446, op een klaagschrift als bedoeld in art. 552a Sv, ingediend door: [klager 1], [klaagster 2] en [klaagster 3].
Conclusie
Conclusie A-G mr. W.H. Vellinga:
1.
Bij beschikking van 28 januari 2016 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Haarlem, - na verwijzing bij arrest van de Hoge Raad van 27 januari 2015, griffiernr. 14/01765, ECLI:NL:HR: 2015:139 - het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.