Einde inhoudsopgave
Regeling op de advocatuur
Artikel 24 Opgave en toerekening van cassatiezaken
Geldend
Geldend vanaf 04-02-2022
- Redactionele toelichting
De datum van afkondiging en de datum van inwerkingtreding is de datum van de Staatscourant. Oorspronkelijke datum van afkondiging: 01-12-2014. Oorspronkelijke datum van inwerkingtreding: 01-01-2015.
- Bronpublicatie:
04-02-2022, Stcrt. 2022, 744 (uitgifte: 04-02-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
04-02-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-02-2022, Stcrt. 2022, 744 (uitgifte: 04-02-2022, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Advocaat
1.
De advocaat doet opgave van de door hem behandelde cassatiezaken bedoeld in artikel 4.14, eerste lid, van de Verordening.
2.
De opgave houdt in:
- a.
de zaaknamen;
- b.
of is opgetreden namens eiser of namens verweerder;
- c.
de ECLI-, rol- of rekestnummers waar het betreft zaken die tot een beoordeling door de Hoge Raad hebben geleid;
- d.
de datum van de adviezen,
- e.
of meer dan een advocaat de zaak heeft behandeld;
- f.
de inhoud van de aan hem verleende vrijstelling, indien van toepassing.
3.
Indien de cassatiezaak door twee advocaten is behandeld en beiden hebben een min of meer gelijkwaardige inbreng gehad, kan ieder van de advocaten een halve cassatiezaak opvoeren.
4.
Indien een cassatiezaak door meer dan twee advocaten is behandeld, kunnen slechts twee advocaten ieder een halve cassatiezaak opvoeren.