Einde inhoudsopgave
Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking
Artikel 23 Bijzondere maatregelen die niet in de strategiedocumenten en de indicatieve meerjarenprogramma's zijn opgenomen
Geldend
Geldend vanaf 16-01-2007
- Bronpublicatie:
18-12-2006, PbEU 2006, L 378 (uitgifte: 27-12-2006, regelingnummer: 1905/2006)
- Inwerkingtreding
16-01-2007
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
18-12-2006, PbEU 2006, L 378 (uitgifte: 27-12-2006, regelingnummer: 1905/2006)
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In geval van onvoorziene en naar behoren gerechtvaardigde behoeften of omstandigheden in verband met natuurrampen, burgeroorlog of crisissituaties, waarvoor geen middelen beschikbaar zijn krachtens Verordening (EG) nr. 1717/2006 of Verordening (EG) nr. 1257/96 worden door de Commissie buiten de strategiedocumenten en de indicatieve meerjarenprogramma's om ‘bijzondere maatregelen’ getroffen.
Met bijzondere maatregelen kunnen tevens acties worden gefinancierd die de overgang van noodhulp naar ontwikkelingsactiviteiten op de lange termijn vergemakkelijken, waaronder activiteiten om de bevolking beter voor te bereiden op terugkerende crises.
2.
Met bijzondere maatregelen worden de doelstellingen, de terreinen waarop maatregelen worden getroffen, de verwachte resultaten, de beheersprocedures en het totale bedrag van de geplande financiering vastgesteld. Zij bevatten een beschrijving van de te financieren acties, een indicatie van de overeenkomstige bedragen van de financiering en het indicatief tijdschema voor de uitvoering. Zij bevatten een definitie van het soort prestatie-indicatoren die tijdens de uitvoering van de bijzondere maatregelen moeten worden gevolgd.
3.
Bijzondere maatregelen van meer dan 10 miljoen EUR worden door de Commissie volgens de in artikel 35, lid 2, bedoelde beheersprocedure goedgekeurd. Bijzondere maatregelen waarvan de kosten minder dan 10 miljoen EUR bedragen, worden door de Commissie binnen één maand na de goedkeuring ter kennis van de lidstaten en het Europees Parlement gebracht.
4.
Wijziging van de bijzondere maatregelen, zoals technische aanpassing, verlenging van de uitvoeringstermijn, herschikking van de kredieten binnen de begroting, verhoging van de begroting met een bedrag van minder dan 20 % van de oorspronkelijke begroting of vermindering van de begroting, hoeft niet volgens de in artikel 35, lid 2, bedoelde procedure te geschieden, voorzover de wijziging de oorspronkelijke, in het besluit van de Commissie vastgestelde doelstellingen onverlet laat. Dergelijke technische aanpassingen worden binnen één maand ter kennis van de lidstaten en het Europees Parlement gebracht.