Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) Nr. 1007/2011 betreffende textielvezelbenamingen en de desbetreffende etikettering en merking van de vezelsamenstelling van textielproducten
Artikel 20 Toleranties
Geldend
Geldend vanaf 07-11-2011
- Bronpublicatie:
27-09-2011, PbEU 2011, L 272 (uitgifte: 18-10-2011, regelingnummer: 1007/2011)
- Inwerkingtreding
07-11-2011
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-09-2011, PbEU 2011, L 272 (uitgifte: 18-10-2011, regelingnummer: 1007/2011)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Bij het bepalen van de vezelsamenstelling van textielproducten gelden de in de leden 2, 3 en 4 vermelde toleranties.
2.
Onverminderd artikel 8, lid 3, hoeven bij de overeenkomstig artikel 9 voorgeschreven vermelding van de vezelsamenstelling vreemde vezels niet te worden vermeld, als het percentage daarvan minder bedraagt dan:
- a)
2 % van het totale gewicht van het textielproduct, mits deze hoeveelheid gerechtvaardigd wordt als technisch onvermijdelijk in het kader van goede fabricagemethodes en niet het resultaat is van routinematige toevoeging, of
- b)
5 % van het totale gewicht in het geval van textielproducten die een kaardbewerking hebben ondergaan, mits deze hoeveelheid gerechtvaardigd wordt als technisch onvermijdelijk in het kader van goede fabricagemethodes en niet het resultaat is van routinematige toevoeging.
3.
De toegestane fabricagetolerantie tussen de vezelsamenstelling die overeenkomstig artikel 9 moet worden opgegeven en de percentages die bij een analyse overeenkomstig artikel 19 worden gevonden, bedraagt 3 % van het totale gewicht van de op het etiket of het merk vermelde vezels. Dezelfde tolerantie geldt ook voor:
- a)
vezels die overeenkomstig artikel 9 mogen aangeduid worden met de term ‘andere vezels’;
- b)
het in artikel 8, lid 2, onder b), bedoelde wolpercentage.
De toleranties worden bij de analyse afzonderlijk berekend. Het totale gewicht dat bij de berekening van de in dit lid bedoelde tolerantie in aanmerking moet worden genomen, is het gewicht van de vezels in het eindproduct min het gewicht van de vreemde vezels die bij de toepassing van de in lid 2 van dit artikel bedoelde tolerantie worden aangetroffen.
4.
De cumulatieve toepassing van de in de leden 2 en 3 bedoelde toleranties is alleen toegelaten als de vreemde vezels die worden aangetroffen bij de analyse waarbij de in lid 2 bedoelde tolerantie wordt toegepast, van dezelfde chemische aard blijken te zijn als een of meer op het etiket of het merk vermelde vezelsoorten.
5.
De Commissie kan hogere dan de in de leden 2 en 3 vermelde toleranties toestaan in het geval van bijzondere textielproducten waarvoor dit vanwege het fabricageprocedé vereist is.
Alvorens het textielproduct in de handel te brengen, dient de fabrikant een verzoek in met het oog op het verkrijgen van de toestemming van de Commissie; in dat verzoek worden de uitzonderlijke fabricageomstandigheden voldoende gemotiveerd en gestaafd. De toestemming kan slechts in uitzonderlijke gevallen worden verleend, en op voorwaarde dat de fabrikant er voldoende gronden voor aanvoert.
In voorkomend geval stelt de Commissie, door middel van gedelegeerde handelingen overeenkomstig artikel 22, technische criteria en procedurele voorschriften voor de toepassing van dit lid vast.