NJB 2010, 283
HR, 22-01-2010, nr. 09/01624
HR 22-01-2010, ECLI:NL:HR:2010:BK1639
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
22 januari 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, O. de Savornin Lohman, A. Hammerstein, F.B. Bakels en W.D.H. Asser
- Zaaknummer
09/01624
- Conclusie
A‑G E.M. Wesseling-van Gent
- LJN
BK1639
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Cassatie
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
Horecarecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BK1639, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 22‑01‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BK1639, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑10‑2009
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑03‑2009
- Wetingang
Rv art. 195; Rv art. 233 lid 1; Rv art. 337 lid 1; Rv art. 401a lid 1; Rv art. 401a lid 2
Essentie
(Tussentijdse) appellabiliteit en cassabiliteit. 1. Deelarrest. Het arrest waarbij een deskundigenonderzoek is bevolen, kan niet worden aangemerkt als een deelarrest aangezien daarbij geen einde is gemaakt aan het geding omtrent enig deel van de rechtsvordering die inzet van het geding is. Daartoe behoren niet op de voortgang of instructie van de zaak betrekking hebbende vorderingen. 2. Tussentijds beroep. a. Op beslissingen in het kader van de voortgang en de instructie van de zaak, zoals beslissingen omtrent het deskundigenvoorschot, is het verbod van tussentijds beroep van toepassing. b. Tussentijds beroep tegen een provisioneel arrest is toegestaan, maar men kan niet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.