Einde inhoudsopgave
Besluit bijzondere prudentiële maatregelen, beleggerscompensatie en depositogarantie Wft
Artikel 29.19 [Financiële middelen Depositogarantiefonds]
Geldend
Geldend vanaf 01-09-2024
- Bronpublicatie:
20-06-2024, Stb. 2024, 206 (uitgifte: 08-07-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-06-2024, Stb. 2024, 206 (uitgifte: 08-07-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
De financiële middelen van het Depositogarantiefonds worden aangehouden in contant geld, deposito’s, betalingsverplichtingen als bedoeld in artikel 29.17, en activa met een laag risico en kunnen worden geliquideerd binnen de termijn, bedoeld in artikel 29.05, derde lid.
2.
Activa met een laag risico zijn activa die vallen in de eerste of tweede categorie van tabel 1 van artikel 336 van de verordening kapitaalvereisten of activa die door de Nederlandsche Bank in vergelijkbare mate veilig en liquide worden geacht.
3.
De financiële middelen van het Depositogarantiefonds worden op voldoende gediversifieerde wijze belegd.
4.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot het beleggingsbeleid.
5.
Een positief of negatief rendement dat is behaald op de in het Depositogarantiefonds beschikbare financiële middelen, wordt bijgeschreven bij of in mindering gebracht op zowel het saldo van het algemene gedeelte als de saldi van de individuele gedeeltes van het Depositogarantiefonds. De verhoging of verlaging geschiedt naar rato van de omvang van de verschillende saldi binnen het Depositogarantiefonds op het moment dat de verhoging of verlaging plaatsvindt.