RvdW 2015/681
Redelijke termijnoverschrijding in cassatiefase.
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
19 mei 2015
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
13/00585
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Strafrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:1254, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 19‑05‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:441, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 10‑02‑2015
Essentie
Redelijke termijnoverschrijding in cassatiefase.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te 's-Gravenhage van 21 december 2012, nummer 22/001446-11, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: [betrokkene 1]. Adv. mr. H.K. Jap A Joe, te Utrecht.
Conclusie
Conclusie A-G mr. E.J. Hofstee:
1.
het Gerechtshof te ’s-Gravenhage heeft bij arrest van 21 december 2012 het wederrechtelijk verkregen voordeel geschat op € 240.230,20 en de betrokkene de verplichting opgelegd tot betaling aan de Staat van € 138.000.
2.
Er bestaat samenhang tussen de zaken met de rolnummers 13/00585 ...