RFR 2024/14
Mag de rechter in een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel bepalen dat betrokkene wordt opgenomen in een instelling voor forensische zorg?
HR 03-11-2023, ECLI:NL:HR:2023:1502
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
3 november 2023
- Magistraten
Mrs. G. de Groot, T.H. Tanja-van den Broek, C.H. Sieburgh, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
23/02501
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS940045:1
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2023:1502, Uitspraak, Hoge Raad, 03‑11‑2023
ECLI:NL:PHR:2023:775, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 08‑09‑2023
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑06‑2023
- Wetingang
Essentie
Mag de rechter, evenals in een zorgmachtiging, ook in een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel bepalen dat betrokkene wordt opgenomen in een instelling voor forensische zorg?
Samenvatting
Betrokkene, een achttienjarige adolescent, verbleef op strafrechtelijke titel in een justitiële jeugdinrichting. Na afloop van de detentie is het verblijf van betrokkene in die inrichting voortgezet op grond van een crisismaatregel. De officier van justitie heeft aan de rechtbank verzocht om een machtiging tot voortzetting van een crisismaatregel te verlenen, zulks op de voet van art. 7:7 Wvggz en met overeenkomstige toepassing van art. 6:4 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.